In Italië gold het kubisme als de belangrijkste impuls voor de woest-moderne vernieuwingen van de futuristen, die als serieuze en oorspronkelijke kunstenaars pas publiekelijke aandacht verkregen toen zij samen met de kubisten in Parijs anno 1912 tentoonstelden. Waar de futuristen beoogden dat hun schilderijen snelheid, geweld, dynamische beweging en tijdsverloop uitdrukten, ontleenden zij daarentegen hun techniek aan de meer statische en contemplatieve kunst van de kubisten. Hun militant actieprogramma echter verzette zich hevig tegen de kubistische geest. In 1909 verklaarde de Belgische symbolistische dichter Emile Verhaeren profetisch in een uiteenzetting "toekomst, je brengt me in vervoering zoals eens mijn God mij in vervoering bracht". 

Uit: Sam Hunter en John Jacobus, 100 jaar moderne kunst. Amsterdam 1977 

In hetzelfde jaar schreef vanuit Parijs de Italiaanse dichter Filippo Tommaso Marinetti, de ideologische vader van de futuristische beweging, dat de moderne dichter voortaan alleen nog maar moest zingen van "de veelkleurige en polyfonische revolutiehaard in moderne hoofdste-den; de nachtelijke vibraties van arsenalen en havens onder hun vlammende elektrische manen; (...) fabrieken hangend aan de wolken aan de draden van hun rook". Vervolgens verspreidde hij over de wereld een manifest dat, afwisselend in idealistische en in nogal wrede retoriek, de dood van de kunst uit het verleden en de geboorte van de kunst van de toekomst proclameerde.

Speeding car (1913) and Speeding car plus light (1913) by Balla

Om zich heen verzamelde hij een groep schilders, van wie de belangrijkste waren Umberto Boccioni (1882-1916), Carlo Carrà (1881-1966), Luigi Russolo (1885-1947), Giacomo Balla (1871-1958) en Gino Severini (1883-1966). Boccioni, Carrá en Russolo stelden het Manifest van de Futuristische Schilders op, dat gepubliceerd werd op 11 februari 1910. Op 8 maart werd dit geschrift tijdens een explosieve bijeenkomst in het Chairella Theater in Turijn geproclameerd voor een diep verontwaardigd publiek. Deze officiële verklaring van futuristische artistieke principes werd 11 april van hetzelfde jaar gevolgd door het Technisch Manifest van de Futuristische Schilderkunst. Meer demonstraties, steeds provocerender, en meer manifesten ver-schenen in snelle opeenvolging. In 1912 organiseerde de groep een tentoonstelling van haar werk in Parijs en in 1914 publiceerde Boccioni een boek waarin hun ideeën tot uiteindelijke uitdrukking werden gebracht. (...)

Na 1911 nam hun kunst de formele wachtwoorden over van de kubistische vernieuwing maar belaadde de formele structuur van de kubisten met nieuwe bedrijvigheid, agressieve beweging en koortsachtige energie. Betreffende de picturale taal van verschuivende vlakken bij de kubisten haalden de futuristen een nieuwe psychologische dimensie in de realiteit aan, die eenheid gaf aan bewustzijn en fenomenen. Zij leerden hoe zij door de oppervlakken van voorwerpen konden breken en deze in de ruimte bewegend afbeelden, en zulke bewegingen bepaalde gemoedstoestanden doen weergeven. De futuristen verheerlijkten het moderne snelheidsdelirium en met een wellicht geen onderscheiding makende eetlust slokten zij de eigentijdse machine-omgeving als een geheel op, hun nieuwe indrukken ontladend in een caleidoscopische kunst van krachtlijnen, middelpuntvliedende vormen en beweeglijke patronen.
Laatste wijziging: woensdag, 8 oktober 2014, 21:21