Anna Verwey
Het werk van Anna Verwey is sterk ironisch. Zij gaat uit van alledaagse, soms lelijke, textielobjecten of situaties waarin textiel een rol speelt, en verricht daarbij zodanige ingrepen dat de beschouwer verrast wordt door de verstoring van het vertrouwde beeld. Anna doet de werkelijkheid geweld aan of zet deze zo naar haar hand dat deze vervreemdend werkt
Anna Verwey, ook wel kortweg Anna genaamd, behoort tot de nieuwlichters in de textiele kunst, die definitief gebroken hebben met de erkende opvattingen omtrent het gebruik van textiel.(...) Het gaat haar niet zozeer om technische hoogstandjes maar om de manier waarop zij haar ideeën zo direct en beeldend mogelijk in het materiaal kan vormgeven.
Uit: Karel Schampers, Cliché-kleden bespot door Anna Verwey in: De Volkskrant 20 februari 1979
Het is een romantisch tafereel in gobelin-techniek van een berglandschap met tussen bomen verscholen vakwerkhuisjes, een driftig kronkelend stroompje en een damhert, dat op een uitstekende rotspunt zijn tochtig gebrul uitstoot. Deze rustieke voorstelling wordt door Anna's ingrijpen ruw verstoord. Over de hele breedte van het kleed heeft ze met forse halen een reep uitgeknipt. Om deze doorhaling nog wat extra accent te geven ligt de uitgehaalde 'strip' nonchalant in een hoopje op de vloer. Van het cliché-beeld is weinig meer over. Soms bevestigt ze aan de uitgehaalde 'strip' een aantal drukknoopjes, zodat desgewenst de voorstelling weer in ere hersteld kan worden.(...) Een ander werk, dat meer de kwaliteit heeft van een visueel gedicht, is 'Het Wilhelmus'. In een plastic zak heeft zij een grote hoeveelheid vermicelli-letters gestopt die tezamen alle twintig coupletten van ons volkslied vormen. Karakteristiek voor het werk van Anna Verwey is dat het steeds grappig is, waardoor je er met plezier naar kijkt. Het stimuleert de verbeelding om bepaalde dingen aan te vullen of verder uit te werken.