Edward Hopper

Hopper was niet de enige in het begin van de eeuw in Amerika die de directe omgeving weergaf, maar wel is hij de belangrijkste realistische schilder uit die tijd. Zijn taferelen met mensen, geïsoleerd of in paren, in hotelkamers, in restaurants, bars, leunend tegen de muur of met het gezicht naar de zon gedraaid, zijn wanneer ze tot je zijn doorgedrongen, moeilijk te vergeten. Hopper is de schildervan de eenzaamheid, verlatenheid, het onvermogen tot communicatie, de onmogelijkheid van menselijke contacten, van de verveling. Zijn beeldenlijken de keerzijde van de beschaving van de twintigste eeuw te fixeren. Hopper zelf vond overigens dat er teveel nadruk werd gelegd op dat aspect van eenzaamheid in zijn werk. De mensen zijn gewoon in zichzelf gekeerd, in gedachten verzonken. Toch hangt erom hen zo'n psychische spanning, dat je niet het gevoel krijgt dat er vrolijke gedachten in hen omgaan. We doen Hopper overigens te kort wanneer we zijn werk alleen maar als 'anecdote' lezen, ook al lijken de afgebeelde situaties daar soms aanleiding toe te geven. (...) 

Uit: Edward Hopper. Stede/ijk Museum Amsterdam 1981

Zijn mensen krijgen niet meer nadruk dan objecten, integendeel. De nadruk valt op de vreemde, ongebruikelijke hoek waaronder we het kantoor zien, op de betimmering , op de harde schaduwen, het licht dat nergens en overal vandaan lijkt te komen. De situaties op zijn schilderijen lijken vaak 'bevroren', film stills, snap shots. Mogelijk werd Hoppers manier van kijken beïnvloed door de fotografie en film. Enerzijds omdat de impressionisten die van grote invloed waren op de ontwikkeling van zijn stijl, de fotografie bij hun werk benutten, anderzijds omdat de fotografie in het begin van de eeuw in Amerika zo'n heel eigen karakter kreeg, met een enorme voorkeur voor opnames van voorwerpen of mensen, geïsoleerd in een ruimte die uit vlakken is opgebouwd. (...) Bovendien was Hopper een fervent bezoeker van film en theater. (...)

Edward Hopper,City Sunlight, 1954

Reizend door de Verenigde Staten zie je voortdurend beelden die je aan Hopper doen denken, lege huizen, lange rijen facades in eindeloze straten, hotels of de ruwe kusten van Maine en Cape Cod. Hopper schildert dat alles zo afstandelijk, met zo weinig nadruk op details, maar zo imposant dat de Amerikaanse toeschouwer kennelijk zijn eigen situatie erin kan zien. Tijdens een tentoonstelling (...) kwamen er enorm veel brieven van mensen die een bepaalde straat of huis meenden te herkennen. Over hetzelfde schilderij kwamen brieven uit het hele land, zelfs uit plaatsen waar Hopper nooit geweest is. Dit toont aan hoe feilloos hij een essentieel aspect van Amerika met verf heeft weten te vatten. Waarschijnlijk leverde zijn werkwijze een belangrijke bijdrage aan het bereiken van die algemene geldigheid. De schetsen die hij buiten maakte, verwerkte hij in zijn atelier, samen met beelden uit zijn herinnering tot een geheel.

Hij maakt veelal gebruik van felle, op elkaar afgestemde kleuren waaraan door een bepaald detail in een andere kleur een zekere spanning wordtverleend. De verf is over het algemeen dun en gelijkmatig aangebracht, soms doorbroken door een minder gecontroleerde bewe-ging, een vrijere zigzag. (...) Hoewel Hopper waarschijnlijk een bron van inspiratie was voor Pop Art (de keuze van het dagelijks leven, voorwerpen daaruit tot onderwerp) en Fotorealisme (in welke richting het gaat om het gebruik van de fotografische taal door middel van verf) blijkt uit schilderijen als Compartment C waarom ook abstracte schilders waardering hadden voor Hopper. Door het achterwege laten van details en door het ontbreken van een ironische intentie, schept hij een realistisch beeld dat veel verder dan de voorstelling gaat.
Laatste wijziging: donderdag, 21 november 2024, 10:59