BRONNENBUNDELS
 


Frank Lloyd Wright


Wright bezocht Japan pas in 1905 maar lang voordien had hij oriëntaalse voorbeelden in boeken en op voorstellingen op Japanse prenten bestudeerd. Klaarblijkelijk bewonderde hij de verfijnde verhoudingen, het uitgelezen timmerwerk, het gebruik van bescheiden materialen en de subtiele plaatsing in de natuur. Bovendien deelde deze architectuur de ruimte in en gaf deze een spiritueel karakter: volgens hem het tegengestelde van de neiging in de renaissance om muren op te richten rondom doos-achtige gesloten vertrekken en die met ornamenten te versieren. Wright was op zoek naar een integrale drie-dimensionale uitdrukkingsvorm waarin het exterieur de inwendige ruimten zou weerspiegelen en waarin de menselijke maat in alle onderdelen zou doorklinken. Bovendien suggereerden Japanse prenten, afgezien van hun architectuurvoorstelling, een taal van vorm en kleur, die direct in overeenstemming was met zijn gevoelens. (...)

Uit: William J. Curtis, Modern Architecture since 1900. Oxford 1982.

Met andere woorden, de prenten gaven verdergaande lessen in abstractie: zij gaven Wright een dieper inzicht in het intuïtieve begrip voor hogere spirituele waarden. Bovendien moedigden de prenten Wright aan om naar een soort ideaaltype voor het woonhuis te streven en tot een formule te komen voor een woonhuis dat uitging boven de speciale eisen van een eenmalige opdracht; Sullivan had iets dergelijks geprobeerd voor de wolkenkrabber, een formulering die zo breed was dat er geen uitzondering toelaatbaar was. Voor Wright schijnt de cruciale periode, waarin een en ander uitkristalliseerde omstreeks 1901 te hebben gelegen. In dat jaar publiceerde hij zijn idee voor 'Een huis in een stad in de prairie' in het blad 'Ladies Home Journal'. Terugblikkend kun je dat zien als een soort 'theorema', dat zijn ontdekkingen tot op dat tijdstip samenvat en dat de basis legt voor een lange creatieve periode, die van 1901 tot 1910 duurde.

Daarin vallen zulke meesterwerken als het 'Martin House', het 'Coonley House', het 'Robie House', het 'Larkingebouw' en de 'UnityTemple'. Het huis in een stad in de prairie bestond uit lange, lage horizontale partijen, die zich parallel aan het vlakke land van de gekozen plek uitstrekten. De wijd uitlopende daken liepen door tot in de omringende ruimte en betrokken de ingangen, de 'porte-chère' 1) en de belangrijkste bouwvolumes in een vitale, asymmetrische eenheid. Vensters werden tot simpele roosters teruggebracht, er waren weinig gesloten muren - en de inwendige ruimtes werden met elkaar verbonden. Veel van het meubilair was ingebouwd en het karakter van het interieur was geriefelijk en toch elegant. In het hart van het huis bevond zich de haard/stookplaats en alle verschillende ruimten van het huis waren op dit middelpunt gericht.

1) Voor-ingang

Frank Lloyd Wright, Ward Willits House, Chicago 1902