![]() |
BRONNENBUNDELS |
Haim Steinbach
vond na een korte schilderscarrière dat hij veel directer kon werken als hij met de objecten zelf aan de slag ging in plaats van ze af te beelden. In het onderstaande interview vertelt hij wat hij mei zijn werk beoogt. Mijn belangstelling voor voorwerpen begon in het begin van de jaren '70, toen ik samen met een vriendin vaak antiekzaakjes, rommelmarkten en verkopingen af struinde. (...) In 1979 kreeg ik het aanbod voor een tentoonstelling. Ik maakte een installatie, waarin ik de wanden gedeeltelijk bedekte met afwisselend verticale banen in een effen kleur en banen behangpapier met een patroon. Ik monteerde eenvoudige houten planken met consoles tegen die wanden en zette er heel gewone huishoudelijke artikelen op. (...) Hiermee stelde deze installatie voorwerpen en hun presentatie boven schilderijen en de voorstelling of representatie van voorwerpen op schilderijen. (...) In de zomer van 1980 was ik zogenaamd gevestigd in Fashion Moda in de
South Bronx. Gedurende zes weken kwam ik elke dag binnen, opende de galerieruimte,
die bestond uit een grote etalage en 'speelde winkeltje'. Mijn goederen
bestonden uit tweedehandsartikelen, gevonden voorwerpen, overhemden, schoenen
en make-up spiegeltjes, opgeraapt van de straat of tweedehands aangeschaft.
(...) |
Uit: Elisabeth Sussman, Interview met Haim Steinbach in: The Binational, American Art of the late 80s, German Art of the late 80s. Boston/Keulen 1988 | |
Je belangstelling voor of je rol ten opzichte van het minimalisme is in zekere zin volledig tegengesteld aan die van archeologen; toch breng je fragmenten van beide samen in je sculpturen. Ik gebruik minimalisme en structuralisme als denkwijzen. Ik beschouw de plank en de opstelling als een soort paradigma. De plank is in zekere zin een heel algemene constructie, een voorwerp dat de nadruk legt op een zeer nadrukkelijke vorm van presentatie in onze maatschappij. Hoe verhoudt zich dit paradigma of deze constructie tot je werk? De eenvoudige geometrische wigvorm van de plank verwijst naar de vorm van de vlag of het spelbord. Net als het spelbord geeft de plank een plaats aan waarop voorwerpen staan en waarop ze verschoven of verwisseld kunnen worden. Net als een vlag kan hij als een teken worden gelezen. De voorwerpen worden geplaatst; volgens de wijze waarop ik het bepaal maar het feit dat ze door de manier van plaatsen toevallig zijn samengekomen, onderstreept een tijdelijke toestand. De voorwerpen zijn blootgesteld aan de beschouwer, omdat de beschouwer weet dat hij of zij ze fysiek kan bewegen. Vanuit psychologisch oogpunt impliceert het werk de medeplichtigheid van de beschouwer door hem of haar tot ingrijpen te verleiden. Het werk wekt de beschouwer op om ermee te spelen, omdat het binnen de termen van zijn of haar eigen terrein valt. Het geeft een platform aan waarop kunstenaar, werk en beschouwer gelijkwaardig zijn. In deze zin bekrachtigt het het recht van de beschouwer om aan de scheppende handeling deel te nemen. De beschouwer kan ervoor kiezen de kunstenaar te zijn. |
||
Kun je iets zeggen over je verhouding tot de Pop Art? Pop Art maakt duidelijk dat de populaire cultuur zo dominant aanwezig
is dat er geen kunst meer kan bestaan, die daardoor onberoerd is. Door
de Pop Art werd een visie naar voren gebracht die de economie helder maakte
van het alledaagse beeld met betrekking tot context en design (ook de
presentatie). In de Pop Art is de strip als beeld net zo'n reducerend
middel wat betreft opzet en technische toepassing als het raster uit de
Minimal Art. (...) |
||
Haim Steinbach, Generic
Black and White, 1987 |
|
|
Als in een groot warenhuis stalt Steinbach op étagères van formica die meestal een aantrekkelijke kleur hebben, allerlei verschillende consumptie- artikelen uit. Zo kan het voorkomen dat twee zwarte karaffen op een roze- oranje étagère geplaatst zijn naast drie roze-oranje pakken wasmiddel van het in zwart opgedrukte merk 'BOLD 3' die op een iets grotere, zwarte étagère staan uitgestald. De relatie tussen de verschillende artikelen wordt alleen bepaald door de symmetrie tussen kleur, vorm en aantal. Deze uitgesproken decoratieve manier van rangschikken, ziet er aantrekkelijk uit, een lust voor het oog die je doet vergeten dat de combinatie op het inhoudelijke niveau absurd is. Iedereen weet echter uit ervaring dat een dergelijke presentatie het maken van een keuze vergemakkelijkt en beïnvloedt. De inhoudelijk zinloze ordening is noodzakelijk geworden om de veelheid aan produkten voor de consument toegankelijk te maken. Je zou kunnen denken dat Steinbach met zijn uitstallingen kritiek wil leveren op het feit dat het verlies aan inhoudelijke samenhang als gevolg van het grote aanbod, ondervangen wordt door een puur visuele logica. Wanneer je zijn uitspraken er op na slaat, blijkt dat niet zo te zijn. Steinbach beschouwt de opkomst van wat je een visuele logica en taal zou kunnen noemen, als een positieve sociaal-maatschappelijke ontwikkeling. Deze zal er volgens hem toe bijdragen dat het onderscheid tussen een intellectuele elite en de grote massa wordt opgeheven. Hij hoopt dat zijn werken deze ontwikkeling zullen bevestigen en verder stimuleren. |
Uit: Let Leerling, Objects of desire. in: Archis 1987/10 |
|
Haim Steinbach, Supremely Black, 1985 |
![]() |
|
Bij het zien van de werken van Steinbach dringt zich vrijwel
direct een vergelijking op met de Brillo-dozen of Campbell-blikken van
Andy Warhol. De verwantschap met pop art is ook bij andere East Village
kunstenaars zo opmerkelijk dat men wel van neo-pop spreekt. Toch steekt
er achter die visuele overeenkomst een groot verschil in benadering en
mentaliteit. Haim Steinbach Supremely Black, 1985 Andy Warhol en anderen
namen in hun werk beeldelementen, technieken en materialen uit reclame,
strips, TV en films op, onder meer om af te rekenen met het traditionele
idee dat een kunstwerk zijn waarde ontleent aan een individuele signatuur.
Vooral Andy Warhol gebruikte het vulgaire, glamourachtige en niet-subjectieve
karakter van die clichés als provocatie aan het adres van de 'high
art'. (...) De 'popular culture' bleef daarbij een middel om iets over
waarden en het tot stand komen van een betekenis in de kunst zelf tot
uitdrukking te brengen. Het was er niet om te doen het onderscheid tussen
'high art' en 'low art' definitief op te heffen. |
|