![]() |
BRONNENBUNDELS |
Anna Verwey Het werk van Anna Verwey is sterk ironisch. Zij gaat uit van alledaagse,
soms lelijke, textielobjecten of situaties waarin textiel een rol speelt,
en verricht daarbij zodanige ingrepen dat de beschouwer verrast wordt
door de verstoring van het vertrouwde beeld. Anna doet de werkelijkheid
geweld aan of zet deze zo naar haar hand dat deze vervreemdend werkt |
Uit: Karel Schampers, Cliché-kleden bespot door Anna Verwey in: De Volkskrant 20 februari 1979 | |
Anna Verwey, Trois
Etudes, 1974 |
|
|
Zij bedient zich hierbij wel van technieken die voor dat materiaal geëigend zijn, alsook van de 'constructie' middelen die bij textiel worden gebruikt zoals drukknopen, veiligheidsspelden, maar de resultaten zijn meestal precies tegenovergesteld van wat men van een textielwerkstuk verwacht.(...) Soms laat ze zich inspireren door de stof zelf, in andere gevallen zoekt ze uitvoerig naar de juiste kleur en structuur om een bepaald idee vorm te geven. Zo gebruikt ze bijvoorbeeld het zachte materiaal flanel voor meer poëtische verbeeldingen, terwijl het stevige keperflanel opgepakt wordt voor silhouet-achtige figuren. Haar werk is onmogelijk in een kunsthistorisch hokje te plaatsen of met een paar woorden nader te omschrijven, zo onorthodox en gevarieerd is het in denk- en werkwijze. In sommige werken drijft ze op humoristische wijze de spot met het traditionele wandkleed, dat geen andere functie heeft dan enkel maar mooi te wezen. In het werk 'Herten' bijvoorbeeld gaat ze uit van een bestaand kleed, zoals dat in menige huiskamer boven de schoorsteen hangt. |
||
Het is een romantisch tafereel in gobelin-techniek van een berglandschap met tussen bomen verscholen vakwerkhuisjes, een driftig kronkelend stroompje en een damhert, dat op een uitstekende rotspunt zijn tochtig gebrul uitstoot. Deze rustieke voorstelling wordt door Anna's ingrijpen ruw verstoord. Over de hele breedte van het kleed heeft ze met forse halen een reep uitgeknipt. Om deze doorhaling nog wat extra accent te geven ligt de uitgehaalde 'strip' nonchalant in een hoopje op de vloer. Van het cliché-beeld is weinig meer over. Soms bevestigt ze aan de uitgehaalde 'strip' een aantal drukknoopjes, zodat desgewenst de voorstelling weer in ere hersteld kan worden.(...) Een ander werk, dat meer de kwaliteit heeft van een visueel gedicht, is 'Het Wilhelmus'. In een plastic zak heeft zij een grote hoeveelheid vermicelli-letters gestopt die tezamen alle twintig coupletten van ons volkslied vormen. Karakteristiek voor het werk van Anna Verwey is dat het steeds grappig is, waardoor je er met plezier naar kijkt. Het stimuleert de verbeelding om bepaalde dingen aan te vullen of verder uit te werken. |