![]() |
BRONNENBUNDELS |
Het nette pak Het nette pak fungeert als 'uniform' van de westerse man met gezag. Ongeveer 300 jaar geleden begon een revolutionaire ontwikkeling in de kleding van de westerse man. (-) De mannen uit de burgerij namen geleidelijk het gezag van de aristocratie over. Hun eigen vale, puriteinse kleren werden het kenmerk van mannelijke superioriteit en dat is tot op de dag van vandaag zo gebleven. (-) Deze verandering is vaak toegeschreven aan de Franse Revolutie, waarin het hofkostuum plaatsmaakte voor sobere, zakelijke pakken. Dit is maar gedeeltelijk waar. De overgang naar de vale mannenkleding ging veel geleidelijker in zijn werk, stap voor stap gelijk op met de vervanging van het feodale, aristocratische systeem door de opkomst van parlement en burgerij. (-) Toen de gewone man aan de macht kwam, deed hij dat in zijn gewone pak. Ook dit pak werd op zijn beurt een teken van superioriteit. De burger die met kant en borduursels aan zijn kleding wilde pronken oogstte slechts de minachting van zijn medeburgers, die zich vast hadden voorgenomen door dik en dun trouw te blijven aan hun eigen klasse. |
Uit. Lawrence Langner, The Importance of Wearing Clothes. Los Angeles 1991 | |
Dit had niets te maken met de opkomst van de democratie, want er bestonden
nog steeds grote verschillen tussen arm en rijk, tussen werkenden en niet-werkenden,
tussen religieuze fanatici en vrijdenkers. Zij hadden maar één
ding gemeen, een aversie tegen opzichtige mannenkleding, zoals de adel
die voordien had gedragen. (-) De hogere burgerij werd een voorbeeld van
soberheid en conformisme met zijn donkere kleding. En de witteboordenwerkers
imiteerden hun superieuren om hun eigen inferioriteitsgevoel te bestrijden
en werden nog onopvallender en valer. Toen de bankier J.P. Morgan Wall
Street beheerste, kleedden zo veel andere bankiers zich net zoals hij
dat tekenaars van spotprenten zijn kledingstijl gebruikten om de hele
kapitalistische broederschap te symboliseren. De conservatieve bankier
is nog steeds een voorbeeld van het conservatieve kleedgedrag van de zakenwereld.
Hun kleding zegt net als hun bankgebouwen: |
||
Hun sobere kleren zijn uitermate passend bij de verantwoordelijkheden van hun roeping en de indruk van betrouwbaarheid die zij willen opwekken. In het onelegante, oncomfortabele en lelijke zakenuniform in zwart, grijs, bruin, of blauw met gesteven wit overhemd en boord van de afgelopen honderd jaar zijn een paar wijzigingen opgetreden. Nadat de rok en de pandjesjas in het begin van de eeuw al waren afgeschaft, betrof de volgende verandering de stijf gesteven boord en manchetten, die door een soepeler versie werden vervangen. (-) Zakelijke pakken zijn natuurlijk onderhevig aan veranderingen in de mode, maar die zijn zo gering en subtiel dat ze bijna onopgemerkt blijven, afgezien van de dragers en hun kleermakers die vaak welsprekend worden over het feit of een jasje drie in plaats van twee knopen moet hebben en een paar cm korter of langer moet zijn. |
||
Advertentie voor kleermakersbedrijf, ca 1908 |
|
|
Op foto's en televisiebeelden van politici of zakenlieden
zijn alle mannen vrijwel hetzelfde gekleed. De kleur van het pak is onveranderlijk
blauw, grijs of zwart. In de stof zit soms een krijtstreep, een visgraatmotief
of een vrijwel onzichtbaar weefpatroon. En verder onderscheiden de pakken
zich alleen door hun valling en de manier waarop ze worden gedragen. De
gewoonte om zich zo aan te kleden wordt vaak belachelijk gemaakt door
omstanders die zich daar niet aan bezondigen. Ze spreken schamper over
het grijze-pakkencircuit. Vaak gebeurt dat door vrouwen en mannen zonder
macht. Die prijzen zich gelukkig dat hun eigen garderobe zoveel kleuriger
en gevarieerder is. (-) De eenvormigheid van de driedelige kostuums onderstreept
juist het verschil tussen de mannen. Dit is te vertalen naar een hedendaagse
media-ervaring: al zouden Berlusconi, Clinton en Kok exact hetzelfde pak
dragen, dan nog zou een kijker nooit de vergissing begaan hen met elkaar
te verwisselen.
|
Uit: Pauline Terreehorst, De erotiek van het driedelig kostuum. in: de Volkskrant 10 december 1994 |
|
De comfortabele, eenvormige bedekking benadrukt niet alleen
het verschil in gezicht, maar vooral in lichamelijke kenmerken. De lengte
van benen en de breedte van schouders en heupen trekken de aandacht. (-)
Het driedelig kostuum werd (in de vorige eeuw) vervolmaakt toen de verschillende
onderdelen van dezelfde stof werden gemaakt. Dit zogenaamde lounge-suit,
aanvankelijk slechts bestemd voor vrijetijdsgebruik, is het driedelige
moderne kostuum geworden. Dat lounge-suit riep ooit een zelfde weerstand
op als later de spijkerbroek. Het zou te informeel zijn, te weinig gekleed
en te eenvormig. Toch werd het lounge-suit, net als de spijkerbroek nu,
zo populair dat het de dominante vorm werd voor het kostuum. Er wordt
dan ook voorspeld dat binnen niet al te lange tijd de eenvormige spijkerbroek
ook voor formele gelegenheden als een staatsliedenoverleg zal worden gebruikt,
nu zoveel mannen die al bij een gekleed colbert dragen.
|
||
![]() |
Driedelig grijs, het toppunt van conformisme? |